Vrouwtje Jas kijkt achterom en stopt met trappen. Hij zet een tandje bij en zegt: “Ik zag je op de boot al staan en heb nagelaten om je aan te spreken. Maar ik houd van praten en ben blij dat je nu naast me fietst. Ik ben wel een klets hoor; als je er genoeg van hebt moet je dat maar zeggen”.
Wat een vreemde start van een gesprek. Nou ja, gesprek? Het is een monoloog die maar liefst 60 kilometer duurt. Van Den Helder tot Castricum.
Dertig euro
Kamperen
De verbazing zal van Vrouwtje Jas’ gezicht af te lezen zijn want Willy stopt niet met praten over zijn vrouw. Ze staat iedere ochtend om zes uur op om te gaan poetsen volgens een strak schema. Het schema kent ook een paar pauzes en gaat door tot half tien ’s avonds. Willy leeft daar, zeker sinds hij met pensioen is, zorgvuldig omheen. En bevrijdt zichzelf zo nu en dan door te gaan fietsen. En soms zelfs door een paar dagen weg te gaan. Een kleine goedkope vakantie. Op de fiets, wandelen en kamperen. Zijn vrouw gaat niet mee, die houdt niet van vakantie. Ze zijn nog nooit samen op reis geweest.
Erfenis
Nu Willy ouder wordt en zijn gezondheid verslechtert, valt het wandelen, fietsen en kamperen hem wat zwaarder. Hij droomt van een klein campertje. Op Marktplaats heeft hij er één gevonden. Nèt geen 3000 euro. Volgens Willy moet dat wel kunnen. Hij is handig en kan hem zelf opknappen. Voorzichtig heeft hij het aan zijn vrouw voorgelegd, op een diplomatiek moment: vlak nadat ze een erfenis van bijna een miljoen euro had ontvangen. Het idee is afgeschoten. Geen campertje voor Willy.
Afhankelijk
Tot nu toe heeft Vrouwtje Jas nauwelijks gereageerd op het levensverhaal van Willy. Maar nu verzucht ze: “Tsss, wat een leven. Waarom blijf je dit zo doen?”
“Ik ga je heel openhartig wat bekennen. Ik kan niet bij haar weg want ik ben afhankelijk van haar geworden. Mijn hele leven heb ik mijn loon aan haar afgestaan. Toen ik een bijbaan had als studentbegeleider, heb ik ook dat geld aan haar afgestaan. Zij beheert mijn financiën en mijn pensioen. Ik heb geen idee hoe het werkt met geld enzo”. Die woorden lijken Willy terug te brengen bij de dertig euro. Gaan zijn gedachten naar de reactie van zijn vrouw, als ze erachter komt dat die dertig euro verdwenen is? Zijn gezicht betrekt. Maar even later tovert hij een grote grijns tevoorschijn.
Verliefd
Voor het eerst in al die kilometers is Willy even stil. Je ziet dat hij terugdenkt aan die tijd. En aan het moment, een jaar later, dat de moeder van zijn vriendin hem opbelde om te vertellen dat ze overleden is. Zelfdoding.
Ziek
In de maanden daarna viel Willy veel af. Hij zag er slecht uit en zijn vrouw stuurde hem naar de arts.
Afscheid
In Castricum nemen ze afscheid. “We zijn nu dicht bij mijn huis. Als mijn vrouw, of iemand die ze kent, mij met een andere vrouw ziet fietsen, is het huis te klein”.
Vrouwtje Jas fietst door. De beklemming, zìjn beklemming, fietst nog kilometers met haar mee.
Wàt een leven…
Misschien kun je beter zeggen: wàt een dood…
Dit verhaal is ook beschikbaar als luisterverhaal. Klik op het pijltje hieronder voor de voorleesversie.
Met plezier gelezen of geluisterd? Help de schrijver aan meer naamsbekendheid en deel het verhaal op social media. Dat gaat heel eenvoudig met de ikoontjes hieronder.
Pingback: Het Laantje zonder Eind – Mooi Zeist
Pingback: Doodstil - Vrouwtje Jas krijgt een verontrustend telefoontje
Mooi verhaal.Zo zijn er wel veel meer voorbeelden met een identieke beklemming als basis.Jammer,maar het bestaat en komt veel meer voor dan we denken.
Daar ben ik ook bang voor….
Pingback: Kat in de zak | Vrouwtje Jas